• Home
  • |
  • Blog
  • |
  • Toshirō Mifune: de laatste samoerai (deel 1)

In februari dit jaar ging de bio-documentaire 'Mifune: The Last Samurai' in Nederland in première. De documentaire vertelt over het leven van Japans meest legendarische acteur, Toshirō Mifune (1920-1997). Het is twintig jaar geleden dat de charismatische acteur overleed. De documentaire is een eerbetoon aan zijn leven en werk, gezien hij tot op heden veel mensen wereldwijd - acteurs en regisseurs - heeft geïnspireerd. Als eerbetoon aan zijn geweldige persoon zal ik een reeks blogs aan hem wijden.

Mifune en Kurosawa

Toshirō Mifune en Akira Kurosawa (1908-1998) zijn twee namen die iedere filmliefhebber hoort te kennen. Bijna iedereen kent Akira Kurosawa van historische periodefilms (jidaigeki) als Rashōmon (1950), Seven Samurai (1954) en Ran (1985). Maar hij regisseerde ook ‘hedendaagse’ films (gendaigeki) zoals Stray Dog (1948), Scandal (1950), The Idiot (1951), en High and Low (1963) om een aantal te noemen. Mifune speelde regelmatig in Kurosawa's naoorlogse films. In de genoemde films speelde hij een onervaren rechercheur, een kunstenaar, een rijke playboy of een rijke zakenman die wordt afgeperst. Mifune was een zeer veelzijdige acteur, maar iedereen kent hem als de samoerai. Na de film Seven Samurai (1954) was dit beeld niet meer weg te denken.

De samoeraifilm

De jidaigeki is een genre die tijdens de Shōwa-periode (1925-1988) erg populair was, met name tijdens de vroege Shōwa-periode tot en met 1945. Dit was een periode van nationalisme, kolonialisme en oorlog. De jidaigeki versterkte het militarisme vanwege het verheerlijken van de samoerai - de historische Japanse krijgersklasse. Gedurende de Amerikaanse bezetting na de oorlog (1945-1952) kwam er een tijdelijk verbod op de genre, omdat deze werd gezien als oorlogspropaganda.

Tijdens de Amerikaanse bezetting werd de jidaigeki onder curatele gesteld. De Amerikaanse censuur legde een verbod op de jidaigeki uit de vroege Shōwa, en eiste van filmmakers dat zij nog alleen films maakten die nadruk legden op democratie en verdraagzaamheid. Dit was het voornaamste doel van de bezetting: om van Japan een vredig en democratisch land te maken. De naoorlogse jidaigeki mocht onder andere geen geweld of andere ondemocratische elementen vertonen. Geweld was alleen toegestaan wanneer dit een goede aanleiding had, zoals een strijd voor vrijheid en gerechtigheid. De Amerikaanse filmcensuur hield de Japanse filmindustrie daarom nauwlettend in de gaten.

Pas in 1950 werden de censuurregels versoepeld, waarna de productie van de chanbara eiga of "zwaardvechtfilms" - een subgenre van de jidaigeki - voorzichtig op gang kwam. Pas na de bezetting ontstond er een sterke toename in de productie van dit soort films.

Mifune als samoerai

Mifune staat vooral bekend om zijn rollen als samoerai. Zijn verschijning, charisma en ongeëvenaarde uitdrukkingsvermogen maakten hem de ideale acteur om dit culturele icoon te vertolken. Hij speelde vaak temperamentvolle samoerai, maar in latere films speelde hij hogere samoerai die uitstraalden in autoriteit en wijsheid. Wat Mifune onderscheidde van andere acteurs binnen de genre was zijn lage, intimiderende stem en zijn zelfspot. Dit was de aanleiding voor Akira Kurosawa om komische jidaigeki te maken. De films Yojinbo (1961) en Sanjuro (1962) zijn hier voorbeelden van. De films zijn een parodie op de bestaande jidaigeki, en het hoofdpersonage Sanjūrō - gespeeld door Mifune - bedrijft de spot met de samoerai als klasse.

In mijn volgende blog zal ik verder ingaan op de film Yojinbo en het personage Sanjūrō, en waarom de film en personage belangrijk zo belangrijk is geweest voor de (westerse) cinema.

Stay tuned!

Geef een antwoord

{"email":"Email address invalid","url":"Website address invalid","required":"Required field missing"}

Recente Blogs

Tanabata Festival: Duik in het Japanse Sterrenfestival

Tanabata Festival: Duik in het Japanse Sterrenfestival

Groeten in het Japans: 10 manieren om indruk te maken

Groeten in het Japans: 10 manieren om indruk te maken